De Nederlandse doelstelling (Actieplan biobased kunststoffen) voor biobased plastic is gesteld op 15% van het kunststofvolume in 2030, terwijl dit nu minder dan 1% is. Onderzoek naar de vervanging van fossiele plastics door biobased en biologisch afbreekbare materialen heeft geresulteerd in de ontwikkeling en commerciële beschikbaarheid van verschillende biobased drop-ins (bijv. biobased PE en PET) of biobased substituten zoals cellulose en op zetmeel gebaseerde kunststoffen, polylactische zuur (PLA), polyesterfuranoaat (PEF) en polyhydroxyalkanoaten (PHA). Met name de polymeerfamilie van PHA’s zijn interessant vanwege hun zeer grote verscheidenheid aan eigenschappen en de snellere biologische afbraak in de natuur, zelfs in mariene omgevingen, vergeleken met hun fossiele tegenhangers. PHA’s worden sinds de jaren tachtig op de markt aangeboden en er is zowel in R&D als in productiecapaciteit zeer fors geïnvesteerd. Ondanks hun potentieel om zwerfafval en het gebruik van fossiele hulpbronnen te verminderen, bereikte PHA slechts kleine nichemarkten vanwege, onder andere productie beperkingen en de hoge prijs. De afgelopen jaren is de context flink veranderd. Fossiele kunststoffen worden steeds meer gezien als een probleem, in plaats van een oplossing. Omdat er een sterke drang is naar vermindering van het gebruik van kunststoffen, zien we meer openheid voor het gebruik van alternatieve materialen. Hoewel strenge regelgeving nog niet is geïmplementeerd, ontwikkelt de Europese Commissie strategieën over hoe biobased materialen fossiele materialen kunnen vervangen. Dit is een positieve ontwikkeling, maar het op industriële schaal brengen van nieuwe materialen blijft kapitaal – en tijdsintensief. Dezelfde reis kan worden verwacht voor het opschalen van de PHA-markt. Nederland biedt met zijn sterke chemische, kunststof-, landbouw- en logistieke sectoren een uitstekende basis voor de ontwikkeling van een bioplasticindustrie. Om deze biobased industrie te creëren, moeten we begrijpen hoe biobased plastics bijdragen aan de circulaire ambities en passen bij onze materiaalstandaarden. Ook moeten we de kansen onderscheiden om grootschalige marktacceptatie van deze biobased plastics te versnellen.
Op basis van initieel deskresearch en diverse expertinterviews heeft Invest-NL zes value drivers ontdekt die het impactpotentieel van deze materialen bepalen: wet – en regelgeving. ; leercurve ; marketing; (echte) prijs; partnerschappen; financiering. Deze drijfveren bestaan naast elkaar en versterken elkaar. In de hierboven genoemde studie Paving the way for biobased materials : a roadmap for the market introduction of PHAs wordt dit verder uitgewerkt.
Invest-NL zet zich in voor de ontwikkeling van een circulaire economie in Nederland in 2050, in lijn met de doelstellingen van de Nederlandse overheid. Het streeft daarmee naar een leefbare planeet waarin de balans tussen voeden en gebruiken van de hulpbronnen van de wereld wordt hersteld. Ze stimuleren innovaties en maken financiering mogelijk voor bedrijven en projecten die deze doelstelling ondersteunen en de transitie naar een circulaire economie versnellen. In de praktijk houdt deze circulaire economie in dat bepaalde materialen en toepassingen vervangen moeten worden door milieuvriendelijke alternatieven.