De scope van deze werkgroep is het gebruik en de conversie van C1-bronnen, zowel fossiel als biogeen: CO en CO2. De werkgroep heeft een overzicht gepubliceerd van welke ontwikkelingen op het vlak van valorisatie van CO en CO2 er wereldwijd plaatsvinden, en welke daarvan perspectief voor Nederland bieden. De benutting van CO en CO2 wordt ook wel Carbon Capture and Utilisation genoemd, ofwel CCU.
Op korte termijn liggen er voor Nederland vooral kansen bij het benutten van CO2 in de glastuinbouw. Op die manier kan voorkomen worden dat in de zomermaanden aardgas wordt verbrand met als enig doel het verkrijgen van CO2 voor dosering aan planten. Een andere interessante ontwikkeling is een Nederlands afvalbedrijf een methode heeft ontwikkeld om CO2 uit hun rookgassen om te zetten in natriumbicarbonaat. Verder opschaling binnen Nederland en op Europees niveau is goed mogelijk. Het inzetten van CO2 voor de productie van bouwmaterialen zoals cement en beton is technisch gezien ook op korte termijn mogelijk, maar het feit dat de marges in de bouw laag zijn en er weinig Nederlandse producenten van beton en cement zijn kan het potentieel van deze ontwikkeling in Nederland beperken.
De productie van chemische bouwstenen op basis van CO2 als grondstof is een interessante ontwikkeling op de middellange en lange termijn. Elektrochemische productie van mierenzuur en syngas kunnen een belangrijke stap naar vergroening van de chemie betekenen. Katalytische routes zijn ook kansrijk, maar vaak zeer energie intensief. Voor deze routes is het van belang dat er voldoende hernieuwbare en duurzame elektriciteit beschikbaar is. Verder liggen er voor Nederland ook kansen bij opschaling van fotosynthetische routes voor bijvoorbeeld de productie van melkzuur. Ook valorisatie van staalgassen is voor Nederland relevant.
Aan de C1-werkgroep hebben de volgende partijen meegewerkt: Corbion (trekker), Avantium, DBC, DSM, Brightlands Chemelot Campus, Chemelot InSciTe, Gasunie, NOM/Chemport Europe, Photanol, Tata Steel, Twence en RVO.
Rapporten