Meerwaarde Mest en Mineralen B

Projecttitel: Meerwaarde Mest en Mineralen B
Projectnummer: BBE-1704 B
Looptijd: 2017-2020
Budget publiek: € 1.265.000
Budget privaat: € 1.265.000
Projectleider: Oscar Schoumans
Betrokken partijen: ICL Dofco, Ecoson, Fertilizer Europe, For Farmers, Groot Zevert Vergisting, Jan Dekker Loonbedrijf, LLTB, LTO-Nederland, LTO-Noord, ZLTO, Maatschap Van Amstel, Mestac, Nijhuis Water Technology, Provincie Gelderland, Twence, Wageningen University & Research

LTO-Nederland maakt zich sterk om evenwicht op de mestmarkt te creëren en voor een kunstmestvrije veehouderij in 2020. Kern van de strategie is dat de aanvoer van fosfaat naar de landbouw via veevoeding en kunstmest te verlagen, het gebruik aan fosfaat en dierlijke mest binnen Nederland te optimaliseren en anderzijds de export mogelijkheden van fosfaat door fosfaat- of fosforterugwinning te vergroten. Dierlijke mest bevat stikstof (N), fosfor (P), kalium (K) en organische stof. Verwaarden van mineralen en organische stof uit dierlijke mest is een grote uitdaging, en van cruciaal belang voor (1) het creëren van een duurzame vitale landbouw, (2) het verhogen van de mineralen efficiëntie en hergebruik van grondstoffen en (3) daarmee het terugdringen van de verliezen naar het milieu.

De aanpak is gebaseerd op de methodiek en strategie die in de eerste fase van de PPS Meerwaarde Mest en Mineralen is ontwikkeld en voornamelijk gericht was op fosfaatrecovery (op laboratoriumschaal en kleinschalige pilotschaal) en welke heeft geleid tot een aanzet om te komen tot de inrichting van een Groene Mineralen Centrale waarbij niet alleen fosfaat maar ook stikstof wordt teruggewonnen en organisch stof met een verlaagd stikstof (N) en fosfor (P) gehalte beschikbaar blijft voor de Nederlandse voedselproductie. Achter dit principe en strategie om te komen tot een Groene Mineralen Centrale hebben een groot aantal partijen zich geschaard omdat dit wordt gezien als belangrijk stap in de procesinnovatie die nodig is om te komen tot duurzame integrale mestverwerking. Hierbij wordt op flexibele wijze waardevolle grondstoffen vrijgemaakt en afgezet naar de industrie en blijft een organische stof met een verlaagd N- en P-gehalte over die binnen de gebruiksnormen als bodemverbeteraar ingezet kan worden.

Een belangrijk hoofddoel is dan ook om te komen tot deze integrale mestverwerking op een vergistingslocatie, incl. de monitoring en verdere onderbouwing, de optimalisatie voor de juiste productvorming en de business opties worden uitgewerkt gelet op de regionale omstandigheden van de mestverwerkingslocatie (samenstelling mestaanvoer en digestaat, afzet organische stof in de omgeving, afname mineralen N- en P-producten en hun waarde). De uitdaging is niet alleen om voor één locatie een systeem in te richten, maar met name ook de mogelijkheden te verkennen voor mestverwerkingsinstallaties in andere regio’s, omdat de omstandigheden tussen regio’s en afzetmogelijkheden van producten regionaal sterk kunnen verschillen. Bij deze verwaarding in de keten zijn niet alleen mestverwerkers betrokken, maar ook afnemers van producten, de bouwers van installaties (maakindustrie), overheden (rijk en provincie) en waterschappen. Via het doorontwikkelen van deze strategie wordt bijgedragen aan belangrijke ambities van het kabinet rondom de verwaarding van mest (biogas, ketenakkoord fosfaat, behoud organische stof en groene groei agenda, vervanging van kunstmest en verbetering van de waterkwaliteit).

Rapportages